Glucosemeter

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door 82.174.235.27 (overleg) op 17 jun 2010 om 22:46.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Een bloedsuikermeter met strips en prikpen
Het zelf meten van de bloedsuikerspiegel

Een glucosemeter is een toestel waarmee men de glucoseconcentratie in een vloeistof kan meten.

De bekendste toepassing van een glucosemeter is die waarbij men met behulp van een biosensor de bloedsuikerspiegel in het bloed kan meten. Dit is zeer belangrijk bij de behandeling van Diabetes mellitus (suikerziekte).

Door middel van een prikje in de vinger wordt een druppel capillair bloed verkregen die op een teststrookje wordt gebracht. Het teststrookje bevat chemicaliën die een reactie met de glucose aangaan en dit vertalen in de weerstand tussen de contacten van het strookje. Na enkele seconden verschijnt de uitslag in een digitaal lcd-venster. Aan de hand van de uitslag kan dan worden bekeken of de medicijnen moeten worden gewijzigd.

Voor mensen die insuline spuiten is het op deze manier zelf kunnen meten van de bloedsuikerspiegel onmisbaar; voor patiënten die op orale medicatie (tabletten) zijn ingesteld aanbevelenswaardig. Alleen voor de eerste groep wordt echter een meter door Nederlandse ziektekostenverzekeraars vergoed. Door koppelverkoop is de meter niet heel duur (ongeveer € 40) maar de teststrookjes wel (ongeveer € 1/stuk). Vanaf eind 2006 zijn een aantal zorgverzekeraars ook overgegaan tot het vergoeden van deze meters en teststrips voor type 2 diabetes patiënten. Wel geldt veelal een maximale hoeveelheid strips die per jaar worden vergoed. Ook zijn de prijzen van de glucosemeters en teststrips dalende.

Meetsequentie

De meetsequentie van de glucosemeter Accu-Chek® van Roche bestaat uit 4 fasen: (Deze meetwaarden kunnen eenvoudig met een multimeter en een opengemaakt teststrookje nagegaan worden.)

  1. Voor het aanbrengen van de bloeddruppel, staat er een elektrische spanning van 200 mV op de Pd elektroden. Deze dient om het aanbrengen van de druppel te detecteren, en zo de start van de reactietijd te bepalen. Dit kan gesimuleerd worden door een kortsluiting te maken tussen beide meetelektroden.
  2. De reactietijd duurt ongeveer 20 s. Hierbij valt de spanning terug op 0 mV. De bloeddruppel laat het enzyme en de chemische mediator die in poedervorm op het teststrookje aanwezig zijn, in oplossing komen. De bloedsuiker wordt afgebroken door het enzyme (glucosedehydrogenase), en elektronen worden via de cofactor van het enzym (PQQ) aan de mediator kaliumferricyanide (met Fe (III)) afgegeven die hierdoor reduceert tot kaliumferrocyanide (met Fe (II)).
  3. Hierna breekt een meettijd van 5 seconden aan waarbij de spanning stijgt tot 300 mV. Het apparaat meet nu de elektrische stroom die een maat is voor de oorspronkelijk aanwezige glucoseconcentratie. De correlatie gebeurt aan de hand van de kalibratiechip die bij de teststrookjes geleverd werd.
  4. Tenslotte verschijnt het omgerekende bloedsuikergehalte.

Het apparaatje bevat nog extra functionaliteiten zoals het bijhouden van een agenda met gemeten bloedsuikerwaarden.