Gebruiker:Dijkhuizenh/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is het persoonlijke kladblok van Dijkhuizenh.
Een kladblok is een subpagina van iemands gebruikerspagina. Het dient als testruimte voor de gebruiker en om nieuwe artikelen of langere toevoegingen aan bestaande pagina's voor te bereiden.

Let op: je kladblok opslaan gaat met de knop 'publiceren'. De pagina wordt daarmee nog niet in de openbare encyclopedie geplaatst en blijft een kladpagina. De kladblokpagina is wel zichtbaar (voor iedereen die wat meer van Wikipedia) en mag dus geen onoorbare dingen te bevatten.

Het is, ook in een kladblok, uitdrukkelijk niet toegestaan om zonder toestemming auteursrechtelijk beschermd materiaal van derden te publiceren.
Enkele handige links: Spiekbriefje | Snelcursus

Andere testplaatsen: De algemene zandbak | De probeerpagina van de snelcursus | De sjabloonzandbak

Lifeloggers[bewerken | brontekst bewerken]

Lifeloggers dragen apparaten zoals draagbare digitale camera's, slimme horloges of armbanden om gebeurtenissen in het leven, of deel van het leven (digitaal) vast te leggen.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De eerste persoon die begonnen is met lifelogging, ook wel het vastleggen van het leven met een draagbare camera gekoppeld aan zijn fysiologische gegevens is Steve Mann, onder andere bekend door zijn werk als onderzoeker en uitvinder maar voornamelijk door het dragen van computers op het menselijk lichaam. Steve Mann wordt ook wel "de vader van de draagbare computers" genoemd. [1]

Een soortgelijk voorbeeld van het vastleggen van het leven inclusief de fysiologische gegevens komt voort uit het medische circuit. Het St Mary’s Hospital in Manchester gebruikte in 1976 al een apparaat om de activiteiten van hyperactieve kinderen vast te leggen. Het apparaat werd om het been bevestigd om zo de bewegingen te registreren. [2] [3]

Wearable Computing[bewerken | brontekst bewerken]

Met de opkomst van nieuwe technologie op het gebied van "Wearable Computing" ook wel "draagbare apparatuur" genoemd wordt het mogelijk om steeds meer te meten. Deze apparatuur kan gedragen worden op het lichaam. Dit kan in de vorm van kleding zijn maar ook bijvoorbeeld accessoires als horloges, brillen, armbanden of soort gelijke accessoires. In deze draagbare apparatuur zitten sensoren verwerkt die het mogelijk maken om specifieke gegevens te meten. [4]

Methodologie[bewerken | brontekst bewerken]

Kwantitatief[bewerken | brontekst bewerken]

Er zijn Lifeloggers die gegevens vastleggen over de fysieke gesteldheid. Voorbeelden van gegevens die vastgelegd worden door lifeloggers zijn onder andere: hartslag, lichaamstemperatuur, het aantal verbrande calorieën, het aantal gezette stappen, het aantal uur dat slapend doorgebracht wordt en de diepte van de slaap, de bloeddruk, de hersenactiviteit, het alcoholgebruik, of de bloedglucosespiegel. Bij het kwantitatief vastleggen van gegevens of data draait het voornamelijk om de cijfers. Ook bekend als het Quantified Self.


Het Quantified Self ook wel het gekwantificeerde zelf is een beweging die zich richt op zelfkennis door cijfers. Deze beweging heeft als doel mensen te leren om hun vastgelegde data een betekenis te geven. [5]

De term Quantified Self is in 2007 bedacht in de VS, door Gary Wolf en Kevin Kelly, destijds beide betrokken bij het tijdschrift Wired. [6]

Kwalitatief[bewerken | brontekst bewerken]

Ook zijn er lifeloggers die de voor hen belangrijke momenten vastleggen in een (digitaal) logboek. Hierbij worden gegevens bijgehouden zoals foto's, knipsels, personen die men ontmoet op een specifiek tijdstip, plaats en datum of gegevens bestaande uit willekeurige herinneringen. Bij het kwalitatief vastleggen van gegevens of data gaat het voornamelijk om de emoties.

Maren Connery is een lifelogger die haar leven de laatste 15 jaar op deze manier heeft vastgelegd. Maren Connery legt haar gegevens handmatig vast Connery legt heel specifiek alles op datum vast en slaat deze gegevens op in een ordner. [7]

Pioniers[bewerken | brontekst bewerken]

Een andere pionier op het gebied van lifelogging is Gordon Bell. In het begin van het jaar 2000 is Gordon Bell begonnen met het dragen van een draagbare camera. In 1998 is Gordon Bell begonnen met het (digitaal) vastleggen van stukjes van zijn leven om zo “papierloos” te worden. In 2001 is ook het project MyLifeBits gestart. Een experimenteel onderzoek voor Microsoft op het gebied van lifelogging waar Bell onderdeel was van het experiment "an experiment in lifetime storage". [8] [9][10] Geïnspireerd door de Memex (een afkorting voor Memory Extender) van de Amerikaanse wetenschapper Vannevar Bush. Voor dit onderzoek heeft Bell zo’n beetje alles gedigitaliseerd. Artikelen, boeken, kaarten, CD’s, brieven, memo’s, foto’s, presentaties, zelf opgenomen films en geluidsfragmenten. Zijn bevindingen zijn terug te lezen in het boek Total Recall wat Bell geschreven heeft in samenwerking met Jim Gemmell. [11]

Sousveillance[bewerken | brontekst bewerken]

Door de opkomst van lifelogging en lifelogging technologie is er sprake van een "sousveillance-maatschappij". Dit is het tegenovergestelde van een "surveillance-maatschappij". De term sousveillance is bedacht door Steve Mann. Surveillance betekent "toekijken van boven af" bij sousveillance is dit omgedraaid "toekijken vanaf beneden". [12]

  • Beveiliging: een observatie of opname door een entiteit in de positie of macht van een autoriteit die gaat over de beveiliging. Bijvoorbeeld een politieagent die activiteiten van burgers observeert of opneemt; winkelhouders die de winkel in de gaten houden; taxichauffeurs die activiteiten van passagiers opneemt.
  • Sousveillance: Een observatie of opname door een entiteit niet in de positie of macht van een autoriteit die gaat over de beveiliging. Bijvoorbeeld: burgers die activiteiten opnemen vanuit het eigen perspectief, inclusief het opnemen van de activiteiten van een politieagent als andere burgers; winkelaars die activiteiten opnemen in de winkel maar ook die van de winkelhouder. [13] [14]

Een voorbeeld hiervan is het Rodney King incident.