Gebruiker:MichielDMN/Een rustige vakantie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een rustige vakantie
Originele titel Vacances sans histoires
Stripreeks Robbedoes en Kwabbernoot
Scenario André Franquin
Tekeningen André Franquin, Jidéhem
Pagina's 88
Eerste druk 2014
ISBN 9789031433001
Albums van Robbedoes en Kwabbernoot
Portaal  Portaalicoon   Strip

Een rustige vakantie is een verhaal uit de stripreeks Robbedoes en Kwabbernoot door André Franquin uit 1958. Het verhaal telt 22 pagina's en verscheen voor het eerst in Spirou (nummers 1023 tot en met 1033, van 21 november 1957 tot 30 januari 1958). Het werd later opgenomen in album 11, De gorilla heeft het gedaan, onder de oorspronkelijke naam "Een rustige vacantie". Het verscheen in 2014 als zelfstandig album.

Albumversie[bewerken | brontekst bewerken]

De albumversie uit 2014 is gelijkaardig van opzet als de albumversie van de korte verhalen Bravo Brothers, Boeven op de kermis en De graaf is verstrooid. Het album bevat naast de strip een dossier over het verhaal, een beknopte biografie en bibliografie van André Franquin en enkele minder bekende illustraties. De strip zelf is voor dit album opnieuw ingekleurd door Frédéric Jannin. Jannin was een tijdlang collega van Franquin bij Spirou en tekende Geharrewar tussen Pieter Pook en Molleke, een stripreeks met scenario's van Franquin. Jannin kleurde eerder al ander werk van Franquin opnieuw in. Een herinkleuring drong zich op omdat de oude techniek die Dupuis gebruikte niet optimaal was en de kwaliteit van de kleuren en de lijndiktes verslapte bij het kopiëren.

Behalve de kleuren is ook de bladschikking anders dan bij de versie in De gorilla heeft het gedaan. In het aparte album is de schikking van het weekblad Spirou aangehouden. Destijds verschenen in Spirou wekelijks twee platen van het verhaal. De eerste plaat bestond uit drie stroken, de tweede uit vier. Dat de eerste plaat slechts drie stroken telde, komt doordat de strip van de titelheld toen altijd op de voorpagina stond. Boven de drie stroken stond dan de hoofding van het blad; een gewoonte die dateert uit een tijd voor er sprake was van albumuitgaves. Toen het verhaal in een album samen met De gorilla heeft het gedaan werd opgenomen, werd de strip verknipt zodat elke pagina vier stroken zou tellen. Het gevolg hiervan was dat de cliffhanger die onderaan een plaat stond plots hoger stond.

Het dossier in het album werd geschreven door José-Louis Bocquet, eerder coauteur van het boek Franquin - Chronologie d'une Œuvre, en Serge Honorez. Beide auteurs maakten eveneens het dossier bij de andere korte verhalen in albumvorm. Het dossier bestaat uit de strip in zwart-wit - meer bepaald de originele en dus Franstalige platen - of een andere illustratie, met op de pagina ernaast een begeleidend stuk tekst.

De omslag van het album is een adaptatie van de omslag van Spirou 64, een verzamelbundel van losse nummers van het blad, uit 1958.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Hoewel dit verhaal oorspronkelijk in album De gorilla heeft het gedaan – album 11 uit de reeks – verscheen, volgt het daar chronologisch gezien niet op. Een rustige vacantie volgde De bezoeker uit de oertijd en werd zelf gevolgd door Boeven op de kermis. Dat de chronologie niet gevolgd werd, heeft tot gevolg dat de volgende twee albums, Het nest van de Marsupilami's en De bezoeker uit de oertijd, nog een verhaal bevatten met de auto die in Een rustige vakantie vernield is, in beide gevallen gevolgd door een kortverhaal met de nieuwe wagen.

De weken tussen De bezoeker uit de oertijd en Een rustige vakantie werden overbrugd met verhalen van op de fictieve Robbedoes-redactie, geschreven door Yvan Delporte. Die overbrugging was nodig omdat uitgever Charles Dupuis niet wou dat de titelheld in het blad ontbrak, maar Franquin had echter wel de tijd nodig om een nieuw verhaal te bedenken, zich te documenteren en wat uit te rusten. Bovendien werd Franquin in die periode vader van dochter Isabelle. Het blad werd opgevuld met teksten rond Kwabbernoot, die staakte omdat hij niet langer als clown wou afgeschilderd worden, maar uiteindelijk toch besloot mee te gaan op vakantie met Robbedoes.

De plaats waar de belangrijkste scènes uit het verhaal zich afspelen, is het zuiden van Frankrijk. Franquin was er in 1952 op bezoek bij zijn leermeester Jijé, die daar toen heen verhuisd was. Franquin gebruikte wat hij daar zag in de verhalen Pas op, Kwabbernoot! en Het schuilhol van het zeemonster, daarna ook in Een rustige vakantie. Hierin illustreert hij de toenmalige architecturale mengeling van het pittoreske met het modernisme. Het moderne casino - waar Franquin zichzelf heeft getekend - staat er vlak bij het Provençaalse café Rozenbar. Dat laatste plekje heet in het Frans "Bar des 6 roses", wat fonetisch verwijst naar cirrose.

Auto's[bewerken | brontekst bewerken]

Centraal in het verhaal zijn de voertuigen, een thema dat Franquin al meermaals gebruikte, meer bepaald in De hoorn van de neushoorn en De Super Quick. Ook in latere verhalen en andere reeksen van Franquin kregen auto's een prominente plaats, zoals dat ook in het straatbeeld van de jaren zestig plaatsvond, toen auto's voor steeds meer mensen betaalbaar werden. Franquin was daarnaast enige tijd de illustrator van de autorubriek Starter in het blad Robbedoes. In Een rustige vakantie zijn dan ook meerdere types van wagens te zien, met als sluitstuk de eigen creatie van Franquin, geholpen door Jidéhem: de Tarbot II.

Naast de twee Tarbotmodellen spelen nog andere wagens een opvallende rol in het verhaal. Zo is er een Isetta, een klein, driewielig, bol wagentje. Franquin drijft er de spot mee door het als een biljartbal te lanceren, te doen stuiteren en tot slot in een bloempot te doen belanden, als was het een ei in een eierdop.

Sprint en de Tarbot II[bewerken | brontekst bewerken]

Het ontwerp van de nieuwe wagen, de Tarbot II, kwam er met hulp van de lezers van Sprint (Frans: Risque-tout). Dat was een kortstondig blad dat een samenwerking was van twee bedrijven die hetzelfde Brusselse gebouw, de Centrumgalerij, betrokken: uitgeverij Dupuis, het bedrijf achter Robbedoes/Spirou, en World Press, het reclamebedrijf van Georges Troisfontaines dat de reclameregie voor de tijdschriften van Dupuis (o.a. ook Humoradio) verzorgde en zelf ook strips produceerde. In 1955 richtten beide bedrijven het nieuwe tijdschrift op. Het legde de focus op actualiteit, sport en technologie en werd geïllustreerd door personeel van World Press, maar het bevatte ook strips, waarvoor het personeel van Dupuis dan weer in aanmerking kwam. Hoofdredacteur was Maurice Rosy, tevens de "ideeënman" bij Dupuis. In het blad werd een oproep gedaan aan de lezers om een nieuwe wagen voor Robbedoes en Kwabbernoot te bedenken. Het ontwerp van een zekere Bertrand Lucas uit Parijs werd uit de duizenden inzendingen gekozen, omdat dat het beste aan de voorwaarden voldeed. Franquins vriend Geo Salmon zou er uiteindelijk een model van bouwen.

Ibn-Mah-Zoet[bewerken | brontekst bewerken]

Het belangrijkste gastpersonage in het verhaal, Ibn-Mah-Zoet, is geïnspireerd op Saoed bin Abdoel Aziz al Saoed. Hij werd in 1953 koning van Saoedi-Arabië en stond ten tijde van Een rustige vakantie geregeld in de kijker. Deze monarch spendeerde heel wat tijd aan vrouwen, spel en drank, vooral in Europa. De luxueus levende oliekoning, die uiteindelijk als koning afgezet wordt door zijn broer Faisal, stond zo model voor Ibn-Mah-Zoet, waarvan de naam een duidelijke verwijzing is naar mazout, dat in het Frans en Belgisch-Nederlands stookolie betekent.

Verhaal[bewerken | brontekst bewerken]

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Robbedoes, Kwabbernoot, Spip en de Marsupilami gaan op vakantie. Met hun speciale wagen, de blauwe Tarbot, trekken ze naar het zuiden. Toevallig is ook oliesjeik Ibn Mah Zoet in de buurt. Hij wordt rondgereden door een chauffeur in een rode Tarbot. Zelf rijden is niet aan hem besteed, want hij staat bekend als de slechtste autobestuurder ter wereld. Zijn echtgenotes staan hem dan ook niet toe om zelf nog achter het stuur te kruipen.

Wanneer de oliebaron een casino binnenstapt, ziet de chauffeur zijn kans schoon om zich even te ontspannen. Hij neemt de auto en gaat eropuit. Een momentje later komt Kwabbernoot met het gezelschap aangereden en parkeert zich bij het casino. Bij het uitstappen vergeet hij de sleutel op het contact. Enige tijd later verlaat Ibn Mah Zout woedend na groot verlies het casino. Hij zoekt zijn wagen en chauffeur, maar vindt ze niet. Plots ziet hij de Tarbot van Robbedoes en Kwabbernoot staan en denkt dat het zijn auto is; Ibn Mah Zout is kleurenblind en merkt het verschil in kleur niet. Met veel plezier stelt hij vast dat de sleutel er nog op steekt en dat hij eindelijk nog eens zelf kan rijden. Hij stapt in de auto en veroorzaakt met zijn beroerde rijvaardigheden kleine rampen in de stad. Hij rijdt vervolgens de bergen in, waar hij waarschuwingsborden die een wegversperring aankondigen aanziet als reclameborden. Na een bocht, die hij aan 140 km/h neemt, is de weg opengebroken. De oliebaron ziet het te laat en de auto stort in het ravijn. Zijn val wordt onderweg een paar keer gebroken, waardoor hij er met de schrik afkomt, zij het enkel met het stuur van de auto in de hand en het zitje onder zich. De rest van de auto van Robbedoes en Kwabbernoot ligt verspreid over de afgelegde weg tijdens de val.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

{{DEFAULTSORT:Rustige vakantie}} [[Categorie:Stripverhaal van Robbedoes en Kwabbernoot]] [[Categorie:Stripverhaal van André Franquin]]