Johan Vanhecke

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Johan Vanhecke (Wilrijk, 3 februari 1957) is een Belgisch schrijver.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Johan Vanhecke studeerde Germaanse filologie aan de Universiteit Antwerpen en promoveerde aan de KULeuven in 2014 met een verhandeling over Johan Daisne.[1]

Van 1983 tot 2022 was hij wetenschappelijk medewerker en later hoofdarchivaris van het Letterenhuis. Daarnaast is hij redacteur van de literaire bladen Zacht Lawijd en Zuurvrij.[2]

In 2001 ontving hij de Provinciale prijs voor geschiedenis en volkskunde voor Het hoofd werd op tafel gezet, een studie over de Halewijnballade.

Bibliografie (selectie)[bewerken | brontekst bewerken]

Hij schreef meerdere boeken en publicaties:[3]

  • Het Antwerpen van Hubert Lampo (1993)
  • De Flandriens van Hugo Verriest (1997)
  • Mijn huis van droom en werkelijkheid (Johan Daisne) (1998)
  • Het hoofd werd op tafel gezet (2000)
  • Johan Daisne: Sonia Karinowa. (Teksteditie) (2000)
  • In de ban van de hobbit (2005)
  • Een literaire wandeling door Antwerpen Noord (2011)
  • Johan Daisne: Tussen magie en werkelijkheid. Biografie (2014)
  • Voor moedertaal en vaderland, Hendrik Conscience biografie (2021)
  • In de ban van hobbits en elfen (2022)