Maurice De Grande

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Maurice De Grande
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Algemeen
Geboren 22 januari 1933
Geboorteplaats Oostkerke
Land Vlag van België België
Functies
1964-1966 Gemeenteraadslid van Koolkerke
1965-1966 Eerste schepen van Koolkerke
1966-1970 Burgemeester van Koolkerke
1971-1981 Gemeenteraadslid van Brugge
1971-1977 Schepen van Brugge
1977-1981 Provincieraadslid van West-Vlaanderen
Portaal  Portaalicoon   Politiek

Maurice De Grande (Oostkerke, 22 januari 1933) was burgemeester van de Belgische gemeente Koolkerke nabij Brugge, van 1966 tot 1970.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

De Grande is de zoon van Amandus De Grande en Romanie Deceuninck. Hij trouwde in 1958 in Westkapelle met Rosa Viaene.

Hij werd hoofdboekhouder van het ACW voor het arrondissement Brugge (1963-1970).

Burgemeester[bewerken | brontekst bewerken]

Na de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 1964, waarbij hij tot gemeenteraadslid werd verkozen, werd hij op 3 januari 1965 tot eerste schepen verkozen. Bij koninklijk besluit van 12 januari 1966 werd hij tot burgemeester benoemd, in opvolging van de onverwacht overleden Jozef Dobbelaere.

Hij bleef dit ambt uitoefenen tot 31 december 1970, datum waarop de gemeente ophield te bestaan om deel te gaan uitmaken van de stad Brugge.

In de periode van zijn burgemeesterschap werden enkele nieuwe verkavelingen goedgekeurd en werd heel wat nieuwbouw verricht. Het aantal inwoners steeg dan ook, al bleef Koolkerke veruit de minst bevolkte gemeente van de Brugse randgemeenten en behield ze haar overwegend landelijk karakter.

Schepen[bewerken | brontekst bewerken]

Op 1 januari 1971 werd De Grande gemeenteraadslid en schepen van de stad Brugge.

Hij werd belast met de verantwoordelijkheid over het personeel. Dit betekende het samenbrengen, in een nieuw organigram en met een eengemaakt statuut van de 750 ambtenaren van de stad Brugge en de circa 125 van de verschillende deelgemeenten. Het betekende ook het organiseren van de onvermijdelijke uitbreiding van de personeelssterkte, die na zes jaar 1250 eenheden bedroeg.

In 1977, bij het aantreden van een bestuur waarbij zijn partij naar de oppositie werd verwezen, bleef De Grande gemeenteraadslid en hij werd in april 1977 ook tot provincieraadslid verkozen wat hij bleef tot in november 1981.

Beroepshalve werd hij directeur-zaakvoerder van de Intercommunale maatschappij voor huisvuilverwerking (IVBO) tot in 1998. Op zijn gemeente bleef hij voorzitter van de kerkraad en van het feestcomité, penningmeester van de ACW-afdeling en van Ziekenzorg.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Jaarverslag van de stad Brugge over de jaren 1970-1977.
  • Luc SCHEPENS, De provincieraad van West-Vlaanderen, 1921-1978, Tielt, Lannoo, 1979.
  • Koen ROTSAERT, Koolkerke en zijn burgemeesters (1830-1970), in: Rond de Poldertorens, 2012, nr. 1, blz. 10-20.
Voorganger:
Jozef Dobbelaere
Burgemeester van Koolkerke
1966-1970
Opvolger:
-