Joy Beune zette in haar rit tegen Irene Schouten een scherpe tijd neer. Jutta Leerdam ging er als een pijl vandoor, had bij het ingaan van de laatste ronde anderhalf seconden voorsprong op Beune, maar wist de snelheid niet vast te houden. Haar directe tegenstander Marijke Groenewoud kwam er pas op het laatste rechte eind overheen en snelde naar een zilveren plak. Titelverdedigster Antoinette Rijpma-de Jong moest haar rit alleen rijden, omdat Esther Kiel onderuit ging. Ze haalde uiteindelijk brons. Het podium plaatste zich voor de EK afstanden en WK afstanden.[1][2]