Premio Nacional de Literatura de Chile

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De Premio Nacional de Literatura de Chile ("Nationale Chileense literatuurprijs") is een Chileense literaire onderscheiding.

Beschrijving[bewerken | brontekst bewerken]

De Premio Nacional de Literatura de Chile is een oeuvreprijs, die uit een getuigschrift, een geldbedrag en een levenslang pensioen bestaat. De prijs kan aan iedere Chileense schrijver worden toegekend, ongeacht het genre waarin deze publiceert.

De onderscheiding werd op 8 november 1942 tijdens het presidentschap van Juan Antonio Ríos (1888-1946) bij wet ingesteld. Daarop was toen al enige jaren aangedrongen door de Chileense Sociedad de Escritores ("Vereniging van Schrijvers"), gesteund door enkele vooruitstrevende politici en een groep intellectuelen met posities in de regering. Zij maakten zich zorgen over de economische positie van Chileense auteurs, die toentertijd niet van hun werk konden leven en geen rechtspositie hadden.

De jury van de Premio Nacional bestond aanvankelijk uit de rector magnificus van de Universidad de Chile ("Universiteit van Chili"), een vertegenwoordiger van het Ministerio de Educación Pública ("Ministerie van Openbaar Onderwijs") en een afgevaardigde van de Sociedad de Escritores. Dit gezelschap werd in 1960 uitgebreid met een lid van de Academia Chilena de la Lengua ("Chileense Taalacademie") en een tweede lid van de schrijversvereniging. In 1972 werd echter besloten, dat de Sociedad-vertegenwoordigers voortaan niet meer deel uit zouden maken van de jury. Tevens werd toen bepaald dat de prijs niet meer jaarlijks, maar om het jaar zou worden toegekend.

Winnaars[bewerken | brontekst bewerken]

Jaar Winnaar
1942 Augusto D'Halmar
1943 Joaquín Edwards Bello
1944 Mariano Latorre
1945 Pablo Neruda
1946 Eduardo Barrios
1947 Samuel A. Lillo
1948 Ángel Cruchaga Santa María
1949 Pedro Prado
1950 José Santos González Vera
1951 Gabriela Mistral
1952 Fernando Santiván
1953 Daniel de la Vega
1954 Víctor Domingo Silva
1955 Francisco Antonio Encina
1956 Max Jara
1957 Manuel Rojas
1958 Diego Dublé Urrutia
1959 Hernán Díaz Arrieta
1960 Julio Barrenechea
1961 Marta Brunet
1962 Juan Guzmán Cruchaga
1963 Benjamín Subercaseaux
1964 Francisco Coloane
1965 Pablo de Rokha
1966 Juvencio Valle
1967 Salvador Reyes
1968 Hernán del Solar
1969 Nicanor Parra
1970 Carlos Droguett
1971 Humberto Díaz-Casanueva
1972 Edgardo Garrido
1974 Sady Zañartu
1976 Arturo Aldunate Phillips
1978 Rodolfo Oroz
1980 Roque Esteban Scarpa
1982 Marcela Paz
1984 Braulio Arenas
1986 Enrique Campos Menéndez
1988 Eduardo Anguita
1990 José Donoso
1992 Gonzalo Rojas
1994 Jorge Edwards
1996 Miguel Arteche
1998 Alfonso Calderón
2000 Raúl Zurita
2002 Volodia Teitelboim
2004 Armando Uribe
2006 José Miguel Varas
2008 Efraín Barquero
2010 Isabel Allende
2012 Óscar Hahn
2014 Antonio Skármeta
2016 Manuel Silva Acevedo
2018 Diamela Eltit