Scoleciet
Scoleciet | ||||
---|---|---|---|---|
Mineraal | ||||
Chemische formule | CaAl2Si3O10·3(H2O) | |||
Kleur | Kleurloze, wit of bruin | |||
Streepkleur | Wit | |||
Hardheid | 5 tot 5,5 | |||
Gemiddelde dichtheid | 2,28 kg/dm3 | |||
Glans | Glas- tot zijdeglans | |||
Opaciteit | Doorzichtig tot doorschijnend | |||
Breuk | [110] Perfect | |||
Kristaloptiek | ||||
Kristalstelsel | Monoklien | |||
Lijst van mineralen | ||||
|
Het mineraal scoleciet is een gehydrateerd calcium-aluminium-silicaat met de chemische formule CaAl2Si3O10·3(H2O). Het tectosilicaat behoort tot de zeolieten.
Eigenschappen[bewerken | brontekst bewerken]
Het doorzichtig tot doorschijnend kleurloze, witte of bruine scoleciet heeft een glas- tot zijdeglans, een witte streepkleur en de splijting is perfect volgens het kristalvlak [110]. De gemiddelde dichtheid is 2,28 en de hardheid is 5 tot 5,5. Het kristalstelsel is monoklien en het mineraal is niet radioactief.
Naamgeving[bewerken | brontekst bewerken]
De naam van het mineraal scoleciet is afgeleid van Oudgrieks σκώληξ (skōlēx), dat "worm" betekent. Dit vanwege de reactie van het mineraal als het bij een vlam gehouden wordt.
Voorkomen[bewerken | brontekst bewerken]
Scoleciet is een mineraal dat gevormd wordt bij verwering bij lage temperatuur van basalten en gerelateerde gesteenten. De typelocatie is gelegen in Kaiserstuhl, Baden, Duitsland. Het wordt ook gevonden in het district Nashik in de Indiase deelstaat Maharashtra.