Naar inhoud springen

Taphropeltus contractus

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Taphropeltus contractus
Taphropeltus contractus
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Hemiptera (Halfvleugeligen)
Onderorde:Heteroptera (Wantsen)
Familie:Lygaeidae (Bodemwantsen)
Geslacht:Taphropeltus
Soort
Taphropeltus contractus
(Herrich-Schäffer, 1835)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

De Taphropeltus contractus is een wants uit de onderfamilie Rhyparochrominae en uit de familie bodemwantsen (Lygaeidae). 'Gewone greppelschild' is de Nederlandse naam voor deze wants op Waarneming.nl, waar voor alle in de Benelux voorkomende wantsen eenduidige Nederlandse namen zijn ingevoerd.[1][2]

De onderfamilie Rhyparochrominae wordt ook weleens als een zelfstandige familie Rhyparochromidae gezien in een superfamilie Lygaeoidea.[3] Lygaeidae is conform de indeling van bijvoorbeeld het Nederlands Soortenregister.

Uiterlijk[bewerken | brontekst bewerken]

De gewone greppelschild is 3,2 tot 3,7 mm lang. Net als de andere soorten uit het genus Taphropeltus is de kop achter de ogen ingesnoerd en dragen de dijen twee grote en meerdere kleinere stekels. Het halsschild (pronotum) is in het midden lager en loopt daarna omhoog. . Van deze wants zijn de kop, het schildje (scutellum) en de voorkant van het halsschild (pronotum) zijn zwart. De voorvleugels zijn bruin met zwart. Ze zijn langvleugelig (macropteer). Hij lijkt op de zeldzamere donkere greppelschild Taphropeltus hamulatus, maar die is kleiner, donkerder en heeft naar verhouding langere antennes.

Verspreiding en habitat[bewerken | brontekst bewerken]

De soort komt voor in Europa. Behalve in het Hoge Noorden is hij tot in Noord-Afrika verspreid. Naar het oosten is hij verspreid tot in de Kaukasus. Hij komt voor in droge, warme. open tot halfschaduwrijke leefgebieden.

Leefwijze[bewerken | brontekst bewerken]

De wantsen leven op de bodem in de strooisellaag en zuigen aan de zaden van veel verschillende soorten kruidachtige planten en struiken. In het begin van de zomer als het paringstijd is, zijn ze ook op de planten te vinden. De imago’s overwinteren en paren vanaf mei. Nimfen zijn er in juni tot in de herfst, de nieuwe generatie volwassen wantsen verschijnt in augustus. Er is één generatie per jaar.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]