Wikipedia:GLAM/Erfgoed Gelderland/ECAL

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
2012-05-14 ECAL Doetinchem 02

Over Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers[bewerken | brontekst bewerken]

Het Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers (ECAL) richt zich op de streekcultuur en -historie van de Achterhoek en de Liemers. Het centrum is op 1 juli 2011 voortgekomen uit de fusie van het Staring Instituut en het Achterhoeks Archief. Het is gevestigd in Doetinchem. Het Erfgoedcentrum beheert archieven van en m.b.t. de gemeenten Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Doetinchem, Montferland, Oost Gelre, Oude IJsselstreek en Winterswijk.

Insteek deelname project[bewerken | brontekst bewerken]

Het doel van het verblijf van de Wikipedian in Residence is met name het wereldwijd beschikbaar maken van onze archieven en collecties. Door allerlei materiaal te delen op Wikimedia, kan het zo ook gebruikt worden ter versterking van artikelen en dergelijke. Uiteindelijk kan de kennis over de Achterhoekse streek en identiteit zo beter verspreid worden.

Er is voor gekozen te beginnen met het uploaden van het beeldmateriaal wat het Erfgoedcentrum heeft van het Quarantaine Station in Didam. Door een grote collectie beeldmateriaal en lopend onderzoek hiernaar is het een geschikt onderwerp om mee te beginnen, tevens omdat over dit onderwerp nog niets geschreven is. Het Quarantaine Station functioneerde in de Eerste Wereldoorlog. In 2018 zal hier wereldwijd, 100 jaar na het einde van de oorlog, veel aandacht aan besteed worden.

ECAL op Wikimediaprojecten[bewerken | brontekst bewerken]

Wikipedia[bewerken | brontekst bewerken]

Wikimedia Commons[bewerken | brontekst bewerken]

Wikidata[bewerken | brontekst bewerken]

Op 4 oktober zal er waarschijnlijk een Wikimedia-schrijfavond plaatsvinden. Nadere invulling en programma volgen.

Bij het project is Michelle van Lanschot (Mtmlan84 of m.vanlanschot-at-erfgoedgelderland.nl) betrokken als Wikipedian in Residence, en Lotte Eilers (Lotteeilers l.eilers-at-ecal.nu) betrokken als projectleider. Een completere lijst volgt nog.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]