Associatie van scherpe zegge
Associatie van scherpe zegge | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Een vegetatieaspect in eind mei | |||||||
Syntaxonomische indeling | |||||||
| |||||||
Associatie | |||||||
Caricetum gracilis Almq. 1929 | |||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons |
De associatie van scherpe zegge (Caricetum gracilis) is een associatie uit het verbond van scherpe zegge (Caricion gracilis). Het betreft soortenarme verlandingsgemeenschappen.
Naamgeving en codering[bewerken | brontekst bewerken]
- Synoniem: Caricetum acutae
- Syntaxoncode voor Nederland (rVvN): r08Bc02
- BWK-karteringscode: mc
De wetenschappelijke naam Caricetum gracilis is afgeleid van een synoniem van de botanische naam van scherpe zegge (Carex acuta; syn. Carex gracilis).
Fysiognomie[bewerken | brontekst bewerken]
Het vegetatieaspect van de associatie van scherpe zegge wordt vooral bepaald door de naamgevende soort scherpe zegge, die in deze associatie de hoogste bedekking en abundantie bereikt. De lange, smalle bladeren van scherpe zegge zijn al bij weinig wind zeer beweeglijk, waardoor de associatie soms al van een afstand opvalt. Relatief vaak wordt het vegetatieaspect in de zomer ook mede bepaald door de opvallende bloeiwijzen van grote kattenstaart en/of grote wederik.
Ecologie[bewerken | brontekst bewerken]
De associatie van scherpe zegge is gebonden aan eutrofe tot meso-eutrofe, basenrijke standplaatsen binnen het overstromingsbereik van stilstaande of langzaam stromende wateren. De associatie prefereert minerale gronden waarop slib wordt afgezet maar kan daarnaast ook op veenpakketten worden aangetroffen.
Subassociaties in Nederland en Vlaanderen[bewerken | brontekst bewerken]
Binnen de associatie van scherpe zegge worden in Nederland en Vlaanderen twee subassociaties onderscheiden.
Typische subassociatie[bewerken | brontekst bewerken]
De typische subassociatie (Caricetum gracilis typicum) omvat uitgesproken eutrafente scherpe zeggevegetatie. Deze subassociatie is vooral te vinden langs grote rivieren en in het stedelijk gebied. Veenwortel, moeraskruiskruid en gele waterkers kennen binnen de associatie een optimum in deze subassociatie. Liesgras is een constante soort. De Nederlandse syntaxoncode (conform de rVvN) voor deze subassociatie is r08Bc02a.
Subassociatie met wateraardbei[bewerken | brontekst bewerken]
Een subassociatie met wateraardbei (Caricetum gracilis comaretosum) omvat meso-eutrafente scherpe zeggevegetatie die hoofdzakelijk kan worden aangetroffen in laagveengebieden en beekdalen. Differentiërende soorten zijn wateraardbei, zeegroene muur, egelboterbloem, waterdrieblad en hennegras. Constante soorten zijn gewone dotterbloem en grote kattenstaart. De Nederlandse syntaxoncode (conform de rVvN) voor deze subassociatie is r08Bc02b.
Vegetatiezonering[bewerken | brontekst bewerken]
In de vegetatiezonering vormt de associatie van scherpe zegge doorgaans contactgemeenschappen met andere gemeenschappen uit de riet-klasse of uit de klasse van natte strooiselruigten.
Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]
Het verspreidingsgebied van de associatie van scherpe zegge omvat ruwweg het Atlasgebergte, West-Azië, Noord-Azië en het heuvel- en laagland van nagenoeg heel Europa.
In Nederland en Vlaanderen is de associatie van scherpe zegge een algemeen voorkomend vegetatietype in alle floradistricten.
Fotogalerij[bewerken | brontekst bewerken]
-
Vestiging van de associatie in een vijver
-
Een voorjaarsaspect van de typische subassociatie