Dubbele Valk
Dubbele Valk | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
pre-dynastieke koning | ||||
Periode | Ca. 3190 v. Chr. | |||
Voorganger | onbekend | |||
Opvolger | onbekend | |||
|
Dubbele Valk was mogelijk een koning in proto-dynastiek Egypte. Zijn exacte regeringsperiode is niet bekend.
Bewijzen[bewerken | brontekst bewerken]
Koning Dubbele Valk is hoofdzakelijk geattesteerd uit de regio van Beneden-Egypte, wat erop wijst dat zijn koninkrijk beperkt was tot dit gebied. Een enkele inscriptie is afkomstig uit Abydos.[1] De vondsten die zijn naam dragen zijn voornamelijk aardewerk en stenen vazen uit El-Beda, Toera, El-Mehemdia en de noordwestelijke regio van de Sinaï.[2]
Naam en identiteit[bewerken | brontekst bewerken]
De serech van Dubbele Valk is uniek in dat het is gekroond met twee valken. Opvallend is dat de valken elkaar aankijken. De serech is ook ongewoon gevormd: het bevat niet de gebruikelijk horizontale lijn aan de bovenkant maar heeft een knik. M. Jean Clédat , Günter Dreyer en Edwin van den Brink vermoeden dat er een diepere symboliek achter zit: de twee valken zouden Beneden-Egypte en de Sinaï symboliseren.[2]
Code N26 in hiërogliefen | ||
|
Dreyer leest de knik als het hiëroglief-teken N26 en de naam wordt dan Djoe-hor (Berg van Horus).[3] Van den Brink leest de naam als Hor Neboei en verwijst naar een pronkpalet in het Barbier-Mueller museum te Geneve. Op de standaard zijn twee valken te zien.[4]
- http://narmer.pl/dyn/00en.htm 0 Dynasty ~ 3120 – 3080
- Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Doppelfalke (König) op de Duitstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.
- ↑ Eva-Maria Engel: Ein weiterer Beleg für den Doppelfalken auf einem Serech. 2005, S. 65-69.
- ↑ a b M. Jean Clédat: Les vases de El-Béda. In: Annales du Service des Antiquités de l'Égypte. (ASAE) Band 13, Le Caire 1914, S. 115-121; Günter Dreyer, Werner Kaiser: Umm el-Qaab. Nachuntersuchungen im frühzeitlichen Königsfriedhof. 2. Vorbericht In: Mitteilungen des Deutschen Archäologischen Instituts, Abteilung Kairo. (MDAIK) Nr. 38, von Zabern, Mainz 1982, S. 211-269.
- ↑ Günter Dreyer: Ein Gefäß mit Ritzmarke des Narmer. In: MDAIK Nr. 55. von Zabern, Berlin 1999, S. 6, Abb. 1.
- ↑ Edwin (Cornelis Martinus) van den Brink: The Pottery-Incised Serekh-Signs of Dynasties 0-1. Part II: Fragments and Additional Complete Vessels. In: Archéo Nil. Nr. 11, 2002, S. 114.