Naar inhoud springen

Gebruiker:Jarne Vandewalle/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Schuwe Maandag waren een reeks vergeldingsacties door het Duitse leger op maandag 19 oktober 1914 tegenover de burgerbevolking van Roeselare en omstreken. De Duitsers trokken al moordend en plunderend doorheen de regio. De naam komt van het gewestelijk dialect waar schuw 'beangstigend' of 'bang' betekent. Schuwe Maandag werd vergeleken met de gebeurtenissen op 29 augustus 1914 na de Slag om Leuven.

Aanleiding[1][bewerken | brontekst bewerken]

Eerste contacten[bewerken | brontekst bewerken]

Op 4 augustus 1914 viel het Duitse keizerlijk leger België binnen. Drie weken na de inval werden de eerste Duitse troepen rond de regio van Roeselare gespot. De eerste gedocumenteerde signalering in Roeselare was op 24 augustus 1914. Het waren vooral groepen Ulanen. Ruiters met een lange mantel, hoge helmen en lans in de hand. Sommige verplaatsten zich ook per fiets (cyclisten). Ze werden vooruitgestuurd om te gaan verkennen en te saboteren. Zij moesten een gemakkelijke en veilige doortocht bieden aan het Duitse leger.

Vlaamse burgers in de ogen van de Duitse bezetter[bewerken | brontekst bewerken]

In de Duitse publicaties verscheen vanaf

Eerste confrontaties[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Jozef Huyghebaert (2014). Schuwe maandag : maandag 19 oktober 1914 : burgers van Roeselare en omgeving geterroriseerd en vermoord. Brugge: De Klaproos, pp 9-36. ISBN 90-5508-145-5.