"Junge, komm bald wieder" is een nummer van de Oostenrijkse zanger Freddy Quinn. Het verscheen op zijn album Heimweh nach St. Pauli uit 1962. Dat jaar werd het uitgebracht als de enige single van het album.
"Junge, komm bald wieder", naar het Nederlands te vertalen als "Jongen, kom snel terug", is geschreven door Lotar Olias met tekst van Walter Rothenburg en geproduceerd door Olias. Nadat My Fair Lady ervoor zorgde dat de musical in Duitsland sterk aan populariteit won, kwam Olias op het idee om zijn revue-operette Heimweh nach St. Pauli uit 1954 tot musical te herschrijven. Olias was de vaste tekstschrijver voor Freddy Quinn, destijds een van de populairste Duitstalige zangers, die zodoende de hoofdrol in de musical kreeg. In deze rol zong hij onder meer "Junge, komm bald wieder". Het nummer gaat over de zorgen van een moeder wiens zoon stiekem op zee is gaan varen en nog niet is teruggekeerd.
"Junge, komm bald wieder" werd op 3 september 1962 opgenomen onder leiding van het orkest van James Last, die destijds nog onder zijn geboortenaam Hans Last bekend stond. In november werd het door platenmaatschappij Polydor uitgebracht als single. Op de B-kant stond "Das gibt's nur auf der Reeperbahn", een ander lied uit de musical. Het werd een grote hit: het stond in Duitsland veertien weken op nummer 1 en kreeg uiteindelijk de status dubbel platina. In Nederland kwam de single tot de vierde plaats in de Platennieuws Top 10, een voorloper van de Single Top 100, terwijl in Vlaanderen de derde plaats in een voorloper van de Ultratop 50 werd gehaald. Het nummer is diverse keren gecoverd, waaronder door Bruce Low, Ralf Paulsen en Wind.