Naar inhoud springen

Marcus Eppius

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Marcus Eppius was een aanhanger van Gnaeus Pompeius Magnus maior.

Hij vocht na diens dood in Africa als legatus onder Quintus Caecilius Metellus Pius Cornelianus Scipio Nasica en onder Sextus Pompeius.[1] Na de Slag bij Thapsus werd hij door Gaius Julius Caesar in genade aangenomen.[2]

Noten[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Cicero, ad Atticum 8.11.
  2. (pseudo-)Caesar, De Bello Africo 89.

Referentie[bewerken | brontekst bewerken]

  • art. Eppius, in F. Lübker - trad. ed. J.D. Van Hoëvell, Classisch Woordenboek van Kunsten en Wetenschappen, Rotterdam, 1857, p. 338.