Naar inhoud springen

Wikipedia:Wikiproject/Verzetskranten/Beginnetjes/D.B.D. (verzetsblad, Heel)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De pagina die je nu leest is geschreven in het kader van het Wikiproject Verzetskranten.

Hij bevindt zich NIET in de hoofdnaamruimte van Wikipedia.

Als je informatie over deze verzetskrant aan Wikipedia wilt toevoegen, doe dat dan NIET hier, maar direct in het corresponderende artikel in de hoofdnaamruimte.

Dat kunt je vinden door te kijken in



D.B.D.
Plaats(en) van uitgave Heel
Verschijningsfrequentie Dagelijks
Inhoud Nieuwsberichten
Reproductiemethode Gestencild
Oplage 200
Datum eerste uitgave 6 september 1944
Datum laatste uitgave 26 oktober 1944
Taal Nederlands
Vervaardigers/redacteuren Jozef Cyrillus Dominicus Maria Martin Berden Sylvester Willem Jerôme Martin Maria Berden
Nr. in DOP van L.E. Winkel 135
Beschrijving in catalogus 376302186
Portaal  Portaalicoon   Media

D.B.D. was een verzetsblad uit de Tweede Wereldoorlog, dat vanaf 6 september 1944 tot en met 26 oktober 1944 in Heel werd uitgegeven. Het blad verscheen dagelijks in een oplage van 200 exemplaren. Het werd gestencild en de inhoud bestond voornamelijk uit nieuwsberichten.

Sylvester Willem Jerôme Martin Maria Berden studeerde rechten aan de universiteit in Nijmegen waar hij zijn kandidaats behaalde. Hij weigerde de loyaliteitsverklaring te tekenen en begon deel te nemen aan verzetsactiviteiten. Hij was actief vanuit het St. Josephsgesticht in Heel waar hij samenwerkte met zijn broer, de gymnasiast, Jozef Cyrillus Dominicus Maria Martin Berden. Samen begonnen zij de dag na Dolle Dinsdag aan de uitgave van een nieuwsblad, omdat het dorp van berichtgeving was verstoken. De oudste broer zorgde voor de inhoud, de jongere voor het technische gedeelte. De schrijfmachine, het stencilapparaat en al het andere benodigde materiaal werd verkregen door een inbraak in het raadhuis. Hier zwaaide een NSB'er de scepter maar vele ambtenaren deden alsof zij van niets wisten waardoor de actie lukte.

De titel betekende DAALZICHTSE BERICHTENDIENST, geïnspireerd door het uitzicht op het Maasdal dat men vanuit het klooster had, maar kon ook verklaard worden als DUITSE BERICHTENDIENST. De eerste week werden de exemplaren overal aangeplakt, maar dit werd te gevaarlijk omdat het dorp helemaal door Duitsers was bezet. In het dorp Heel bevonden zich op dat moment een paar duizend kloosterlingen, zieken en schoolkinderen in de kloosters en daarnaast slechts 400 inwoners. Hierdoor vreesde men dat het voor de Duitsers een kleine moeite zou zijn om de uitgevers van het blad op te sporen.

Bovendien begonnen de broers Berden met het geven van seinen de geallieerden die vanaf 15 september aan de overkant van de Maasoever lagen. De Duitsers kwamen na onderzoek inderdaad uit bij de beide broers. Waarbij ook nog uitkwam dat de oudste dienstplichtig sergeant was geweest. S.W.J.M.M. Berden werd daarom twee dagen later, op 7 november 1944, zonder enige vorm van proces gefusilleerd. De jongste broer Berden wist aan arrestatie te ontkomen en zwom de Maas over waar hij zijn diensten aanbood aan de geallieerden. Vijf dagen later werd Heel bevrijd.

Betrokken personen[bewerken | brontekst bewerken]

Categorie:Illegale pers in de Tweede Wereldoorlog

Ruwe tekst Winkel-lemma[bewerken | brontekst bewerken]

Hieronder staat de tekst over D.B.D. uit lemma nr. 135 van De Ondergrondse Pers. Met behulp van deze tekst (en andere bronnen) kunnen Wikipedianen het bestaande artikel verbeteren. De Ondergronds Pers is ook als full-text PDF beschikbaar op Wikimedia Commons, daar is onderstaande tekst dus ook terug te vinden.

De kandidaat in de rechten S.W.J.M.M. Berden wijdde zich na zijn weigering de loyaliteitsverklaring te tekenen aan illegale arbeid en opereerde tenslotte in priesterkleren vanuit het St. Josephsgesticht te Heel. Zijn broer, de gymnasiast J.C.D.M.M. Berden, voegde zich daar bij hem. Samen begonnen zij de dag na Dolle Dinsdag aan de uitgave van een nieuwsblad, daar het dorp geheel van berichtgeving was verstoken. De oudste broer zorgde voor de inhoud, de jongere voor het technische gedeelte. De schrijfmachine, het stencilapparaat en al het andere benodigde materiaal werd verkregen door een inbraak in het raadhuis, waar een NSB-er de scepter zwaaide. Bij de nasporingen wendden alle 'goede' ambtenaren onwetendheid voor. De titel betekende DAALZICHTSE BERICHTENDIENST, geïnspireerd door het fraaie uitzicht op het Maasdal dat men vanuit het klooster had, maar kon tevens verklaard worden als DUITSE BERICHTENDIENST. De eerste week werden de exemplaren overal aangeplakt, maar dit werd in het geheel door Duitsers bezette dorp spoedig te gevaarlijk, daar de bevolking buiten een paar duizend kloosterlingen, zieken en schoolkinderen in de kloosters, eigenlijk slechts uit 400 personen bestond. Het zou de Duitsers dus niet moeilijk vallen de uitgevers op te sporen. Bovendien begonnen de broers met het geven van seinen naar de geallieerden, die van 15 september af aan de overzijde van de Maasoever lagen. De Duitsers stootten bij hun nasporingen hiernaar inderdaad op beide 'intellectuelen', waarbij uitkwam, dat de student dienstplichtig sergeant was geweest. Hij werd daarom twee dagen nadien, op 7 november 1944, zonder vorm van proces gefusilleerd. Vijf dagen later werd Heel door de Amerikanen bevrijd. De jongste Berden wist bij de arrestatie te ontvluchten en zwom de Maas over, waarna hij zijn diensten aanbood aan de Amerikanen.