Portaal:Shakespeare/Sonnet van de week 22

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Sonnetten van Shakespeare, 1609

Sonnet 21 of XXI is een van de Sonnetten van Shakespeare waarin hij uiting geeft aan zijn liefde voor een niet nader genoemde fair youth, een mooie jongeling. De sonnetten werden het eerst gepubliceerd in 1609, maar vele werden jaren eerder al geschreven. Het is weinig aannemelijk dat William Shakespeare er werkelijk iemand mee het hof wilde maken, waarschijnlijk beschreef hij een fictieve liefde zoals in zijn toneelstukken en langere dichtwerken.

In het gedicht maakt hij een vergelijking met andere dichters om zijn geliefde uit te leggen waarom zijn eigen verzen geloofwaardiger zijn. Het is de eerste keer dat de liefdesverklaring niet alleen in hyperbolen maar met oog voor de waarheid gestalte krijgt en de eerste keer dat er een mogelijke ander in het spel is.

Sonnet 21[brontekst bewerken]

Sonnet 21

So is it not with me as with that Muse,
Stirred by a painted beauty to his verse,
Who heaven itself for ornament doth use
And every fair with his fair doth rehearse,
Making a couplement of proud compare
With sun and moon, with earth and sea's rich gems,
With April's first-born flowers, and all things rare,
That heaven's air in this huge rondure hems.
O! let me, true in love, but truly write,
And then believe me, my love is as fair
As any mother's child, though not so bright
As those gold candles fixed in heaven's air:

Let them say more that like of hearsay well;
I will not praise that purpose not to sell.