Gebruiker:Clonetopia/Kladblok
SBB Ae 8/14 | ||||
---|---|---|---|---|
Ae 8/14 nummer 11801 in 1984 in Schwyz | ||||
Nummering: | 11801 | 11851 | 11852 | |
Aantal: | 1 | 1 | 1 | |
fabrikant: | SLM Winterthur, BBC Baden | SLM Winterthur, MFO | SLM Winterthur, BBC Baden | |
Bouwjaar: | 1931 | 1932 (Omgebouwd 1961) | 1938 | |
Uitrangering: | 1975 | 1977 | 1972 | |
Asindeling: | (1A)A1A(A1)+(1A)A1A(A1) | |||
Lengte over de buffers: | 34'000 mm | 34'000 mm | 34'010 mm | |
Hoogte: | 4'504 mm | 4'504 mm | ||
Breedte: | 2'950 mm | 2'950 mm | ||
Dienstmassa: | 240 t | 246 t 244 t (Ombouw 1961) |
235,7 t | |
Topsnelheid: | 100 km/h | 100 km/h | 110 km/h | |
Uurvermogen: | 5'514 kW bij 59 km/h | 6'470 kW bij 62 km/h 6'066 kW bij 62 km/h (Ombouw 1961) |
8'162 kW bij 75 km/h | |
Continu vermogen: | 5'147 kW bij 61 km/h | 5'700 kW bij 65 km/h (Ombouw 1961) | 7'647 kW bij 77,2 km/h | |
Trekkracht: | 490 kN | 588 kN 490 kN (Ombouw 1961) |
490 kN | |
Diameter drijfwielen: | 1'610 mm | 1'350 mm | 1'350 mm | |
Laufraddurchmesser: | 950 mm | 950 mm | 950 mm | |
Aandrijving: | Buchli-aandrijving | SLM universele aandrijving | SLM universele aandrijving |
De SBB-CFF-FFS Ae 8/14 is een elektrische locomotief gebouwd in opdracht van de Zwitserse federale spoorwegen en werd gebruikt op de Gotthardbahn. In totaal werden er drie locomotieven gebouwd tussen 1931 en 1938, elk iets anders geconstrueerd. Ze kregen de nummers 11801, 11851 en 11852.
Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]
Het traject van de Gotthardbahn, met stijgingspercentages tot 2,7 procent stelt hoge eisen aan de locomotieven van de SBB. In de jaren twintig kwam de SBB tot de constatatie dat het vermogen van de toenmalige locomotieven niet meer toereikend was.
Station Morteratsch is een treinstation in de gemeente Pontresina in het Zwitserse kanton Graubunden en is vernoemd naar de nabij gelegen Morteratschgletsjer. Het station is gelegen op de Berninabahn, onderdeel van de Rhätische Bahn.
RhB Ge 3/3 | ||||
---|---|---|---|---|
locomotief Ge 3/3 214 te Sankt Moritz
| ||||
Aantal | 2 | |||
Nummering | 214 - 215 | |||
Fabrikant | RACO/BBC | |||
Asindeling | C | |||
Spoorwijdte | (meterspoor) 1000 mm | |||
Massa | 33 ton | |||
Breedte | 2700 mm | |||
Wieldoorsnee | 920 mm | |||
Dienstsnelheid | 40 km/h | |||
Stroomsysteem | ~ 11 kV 16,7 Hz | |||
Aandrijving | elektrisch | |||
|
De Ge 3/3 is een elektrische rangeerlocomotief van de Rhätische Bahn
Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]
Begin jaren 80 waren de rangeerlocomotieven een knelpunt bij de Rhätische Bahn (RhB), de belangrijkste spoorwegmaatschappij in het Zwitserse kanton Graubünden, omdat de omgebouwde 70 jaar oude locomotieven uit de serie Ge 2/4 steeds meer last kregen van hun ouderdom. Hun prestaties waren niet langer goed genoeg om nog rendabel te zijn. De Rhätische Bahn besloot daarom om tegelijk met de bestelling van de tweede serie Ge 4/4 II ook twee moderne en efficiënte rangeerlocomotieven aan te kopen.
De Ge 3/3 werd in 1984 in dienst genomen door de RhB. De elektrische locomotieven met nummers 214 en 215 zijn nog steeds in dienst als rangeerlocomotieven op het 1000mm meterspoor van de RhB.
Lijst van Ge 4/4 III locomotieven van de Rhätische Bahn[bewerken | brontekst bewerken]
Nummer | Naam | Wapenschild | Ingebruikname |
---|---|---|---|
641 | Maienfeld | 7 december 1993 | |
642 | Breil/Brigels | 24 januari 1994 | |
643 | Vals | 22 februari 1994 | |
644 | Savognin | 14 april 1994 | |
645 | Tujetsch | 31 mei 1994 | |
646 | Santa Maria Val Müstair | 27 juni 1994 | |
647 | Grüsch | 20 september 1994 | |
648 | Susch | 5 november 1994 | |
649 | Lavin | 8 december 1994 | |
650 | Seewis im Prättigau | 7 september 1999 | |
651 | Fideris | 28 september 1999 | |
652 | Vaz/Obervaz Lenzerheide-Valbella |
5 november 1999 |
Namen[bewerken | brontekst bewerken]
De Rhätische Bahn (RhB) hebben de volgende namen op de locomotieven geplaatst:
- 641: Maienfeld
- 642: Breil/Brigels
- 643: Vals
- 644: Savognin
- 645: Tujetsch
- 646: Santa Maria Val Müstair
- 647: Grüsch
- 648: Susch
- 649: Lavin
- 650: Seewis im Prättigau
- 651: Fideris
- 652: Vaz/Obervaz
Foto's[bewerken | brontekst bewerken]
-
RhB Ge 3/3 215 in Chur
-
locomotief Ge 3/3 214 te Sankt Moritz
-
RhB Ge 3/3 in Samedan
Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]
Nieuwe generatie Scania vrachtwagens[bewerken | brontekst bewerken]
In augustus 2016 presenteerde Scania de nieuwe generatie Scania S en R na ruim twee miljard euro geïnvesteerd te hebben in de ontwikkeling. De S en R serie zijn vrachtwagens voor transport over lange afstand. De Scania S is de eerste Scania met volledig vlakke vloer en werd verkozen tot International Truck of the Year 2017. In december 2016 won de Scania S500 de Europese 1000 punten test. Er is veel aandacht naar het interieur van de vrachtwagen gegaan. Scania heeft hun ervaring op het domein gecombineerd met resultaten en feedback van vele testen, workshops voor klanten en, niet onbelangrijk, feedback van bestuurders. Al die resultaten hebben ze gebruikt om zoals ze zeggen 'een nieuwe standaard te zetten in de industrie'. Bij het ontwikkelen van de nieuwe generatie heeft Scania vooral op vier aspecten gelet: omgeving van de chauffeur, brandstofverbruik, optimaal gebruik van de binnenruimte en veiligheid en maximale betrouwbaarheid.
Interieur[bewerken | brontekst bewerken]
De Scania S is de eerste Scania met volledig vlakke vloer voor onder meer het comfort van de chauffeur te verbeteren. De S- en R- serie zijn eveneens de eerste trucks ter wereld met gordijnairbags voor in het geval van kantelen. Scania investeerde ook in de ontwikkeling van een nieuw klimaatsysteem dat voor de perfecte rijomgeving voor de chauffeur moet zorgen. Door een betere isolatie van de cabine verbruikt het nieuwe klimaatsysteem minder energie, wat ook positief is voor minder brandstofverbruik. De cabines zijn groter geworden ten opzichte van vorige modellen. Zo is het nieuwe standaarddak 10 centimeter hoger dan bij het vorige model en ook bij modellen met een hoger dak is er meer ruimte. De cabine is eveneens 5 centimeter langer dan bij het vorige model. Het zicht van de chauffeur is verbeterd door een breder glasoppervlakte, dunnere deurstijlen en een lager instrumentenpaneel. De basispositie van de chauffeur is 65 millimeter naar voren en 20 millimeter naar links verschoven ten opzichte van het vorige model. De achteruitkijk- en dodehoekspiegels zijn opnieuw ontworpen voor een breder gezichtsveld.
Exterieur[bewerken | brontekst bewerken]
De nieuwe cabine is steviger, veiliger en meer aerodynamisch. De vooras van de vrachtwagen is lichtjes verplaatst en het zwaartepunt licht lager voor meer veiligheid en rijcomfort. De cabines zijn modulair opgebouwd en worden geproduceerd in de nieuwe fabriek in Oskarshamn, Zweden. Aerodynamica en dus brandstofverbruik waren een zeer hoge prioriteit voor Scania bij het ontwerpen van het nieuwe model. Om de weerstand minimaal te krijgen werd elk oppervlakte aan de voorkant, zijkanten en zelfs aan de onderkant geoptimaliseerd, evenals de spiegels, de ruitenwissers en de lichten. Aerodynamica heeft namelijk een grote invloed op het brandstofverbruik, dus minder weerstand resulteert in minder brandstofverbruik. De impact op rendabiliteit en het milieu is zeker groot bij lange-afstandstrucks, aangezien deze gedurende hun levensduur enorm veel kilometers afleggen. Betere aerodynamica helpt ook bij het reduceren van het geluidsniveau binnen en buiten de vrachtwagen.
Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]
- Wolfgang Finke, Hans Schweers: Die Fahrzeuge der Rhätischen Bahn: Lokomotiven, Triebwagen, Traktoren. In: Wolfgang Finke (Hrsg.): Die Fahrzeuge der Rhätischen Bahn, 1889–1996. Band 3. Schweers + Wall, Aachen 1998, ISBN 3-89494-105-7 (223 S., [eingeschränkte Vorschau in der Google-Buchsuche ] [abgerufen am 13. September 2017]).
- Franz Marti, Walter Trüb: Die Rhätische Bahn (RhB).Orell Füssli, Zürich, 1982
Externe link[bewerken | brontekst bewerken]
- (en) (fr) (de) RhB – Officiële site
Bronnen, noten en/of referenties
|